« zurück zur Stück-Seite

Internet Critic on tanznetz.de
Recensie van Frieder Mann, theoloog en danser, Bonn

Schimmerndes Blau

Tanzperformance zu Barockmusik

Britta Lieberknecht & Company in der Alten Feuerwache in Köln, 16.-19.10.2014

De titel schept verwachtingen; de voorstelling stelt niet teleur

De titel laat beelden voor het innerlijke oog ontstaan en belooft inspirerende dansscènes – en de toeschouwer wordt niet teleurgesteld! Het doet deugd eens niet te maken te krijgen met wat vandaag standaard lijkt in de danswereld: een intellectualistisch discours dat moet verklaren wat de dans allemaal over het menszijn kan zeggen. Er wordt niet diep gegraven of gewroet in sociale afgronden. Dit alles wekt verwachtingen, die zelden worden ingelost en die de dans zelf meer schaden dan baten. Er worden geen andere media bijgehaald: geen video of taal. Alleen de muziek spreekt. Dans: condens en op z’n best! De choreografe heeft kunstzin en kent haar vak. Je merkt het als je de voorstellingen bekijkt vanuit verschillende perspectieven: vanuit de ruimte, de tijd, het verloop en de constellaties, de danseressen, de muziek, de betekenis of motivatie.

Met de bijzondere ruimte op een intense en lonende manier gewerkt

Al van voor het stuk begint, neemt het kunstwerk een aanvang bij jezelf: je merkt hoe bijzonder de zaal is. Als toeschouwer zit je daar waar anders het podium is. Het podium is nu in het midden van de ruimte. Je kijkt naar verschillende ruimtes: de dansvloer, een erker, een gaanderij een verdieping hoger. Van bij het opkomen bezetten de danseressen de ruimte en maken ze door hun aanwezigheid duidelijk wat de ruimte te betekenen heeft. Britta Lieberknecht weet het bijzondere van de ruimte naar waarde te schatten. Ze laat de waarneming van de ruimte door de toeschouwer niet aan het toeval over. De ruimte wordt op wisselende manieren benut zonder ze te overbelasten. Met de ruimte wordt intens gewerkt en dat blijkt te lonen.

Tijdsgebruik perfect, boog blijft gespannen, dans is af

Hoe in het stuk met tijd wordt omgegaan is perfect. De spanningsboog wordt nooit afgebroken. Het stuk blijft interessant in de letterlijke betekenis van het woord. Men is er “middenin”, men is de hele tijd geëngageerd. Er zijn geen langere stukken. De choreografe heeft de basisregel ernstig genomen dat een dans dan af is, wanneer hij niet meer kan worden ingekort! Ook de duur van de afzonderlijke delen getuigt van de fijngevoelige bekwaamheid van de choreografe.

Verrassende afwisseling van solo’s, duo’s en trio’s; kwartetten met bravoure

Wonderlijk de samenstelling van de afzonderlijke sequenties! Altijd opnieuw verrassend en spannend, hoe het in het volgende deel zal verder gaan. Nu eens een trio, dan verschillende duetten, eens een solo, dan weer een meeslepend stuk met de hele groep met altijd wisselende paren. De danseressen staan allemaal op gelijke voet wat bij kwartetten echt een uitdaging is en ze doen het met bravoure. En dan weer één enkele danseres, die met haar nauwelijks waarneembare aanwezigheid, de ruimte bezet en een verbinding tot stand brengt.

Stuk voor stuk uitstekende danseressen, elk met een eigen expressie en toch wonderlijk vloeiend harmonieus (Paraskevi Terzi, Kanako Minami, Neus Barcons, Anaïs Van Eycken)

Uitstekend, elke afzonderlijke danseres! Enerzijds zeer verschillend qua lichaamsgrootte – wat de dans buiten de standaard om nog interessanter maakt – en anderzijds ook qua uitdrukking en bewegingstaal, maar toch in een harmoniserende stijl. Verwonderlijk vloeiend, vol details en met ontspannen helderheid. Een lust voor het oog! En toch blijven ze allemaal “gedecentraliseerd”, d.w.z. ze stellen de beweging in het centrum en niet zichzelf en de eigen virtuoze techniek.

Dans evenaart de hoge kwaliteit van de barokmuziek en lijkt een stem toe te voegen aan de muziek

Wanneer aan de dans een andere kunstvorm wordt toegevoegd, bestaat het gevaar dat de ene kunstvorm door een verschil in kwaliteit de andere overbodig maakt of zelfs belachelijk laat overkomen. Ook op dat vlak blijkt de indrukwekkende kwaliteit doorheen de hele dansvoorstelling: ze evenaart de hoge kwaliteit van de barokmuziek en ze omzeilt het gevaar om de muziek lineair in dans om te zetten, waardoor die tot ornament zou gedegradeerd worden. Anderzijds is het duidelijk dat de choreografe zich intensief met structuur en opbouw van de muziek heeft beziggehouden. De dans lijkt een bijkomende stem van de muziek te zijn, die nu eens synchroon met de muziek verloopt dan weer contrapuntisch. De danseressen spelen met de muziek, ze omspelen ze. Voortdurend behoudt de dans zijn zelfstandigheid, maar zonder de muziek te verwaarlozen. Een gelukt “intermezzo”. De choreografe benut op een slimme manier de opbouw van barokconcerten, die samengesteld zijn uit korte zinnen, om een groot aantal zelfstandige choreografieën te creëren, die op elkaar betrokken zijn. Zo ontstaat er afwisseling en dynamiek in het verloop van het stuk en wordt een eindeloze opeenstapeling van choreografisch materiaal vermeden, wat helaas niet zelden voorkomt.

Gewoon genieten van de charme van de dans die daardoor betekenis krijgt

Als er al een theorie boven het stuk zou zweven, dan is deze beperkt tot de uitdaging te bestaan in het hier en het nu. Door het overtuigend vakmanschap van deze danscompagnie en door het dansen dat op zichzelf zinnig en zinnelijk is, komt men helemaal niet op het idee te vragen naar een mogelijke betekenis van de beweging achter de dans of naar de motivatie. Men mag de dans eenvoudigweg in al zijn charme, complexiteit en uitdrukkingskracht laten inwerken en genieten. Men mag zoals in de abstracte beeldende kunst zijn eigen associaties, beelden en gevoelens volgen en zich laten verrassen. En precies daardoor wordt de dans betekenisvol, daardoor raken de beelden. Een dans is een dans is een dans …

Een voorstelling die de ondersteuning van grote huizen verdient

Men zou wensen dat de choreografe zoveel ondersteuning krijgt dat haar dansvoorstelling ook in grotere zalen kan worden gezien!

« zurück zur Stück-Seite

SCHIMMERNDES BLAU

Tanzperformance zu Barockmusik

Choreografie: Britta Lieberknecht & Company
Tanz: Neus Barcons Roca, Kanako Minami, Paraskevi Terzi, Anais Van Eycken
Dramaturg: Reinhard Gerum
Musikalische Beratung: Laurenz Gemmer
Lichtdesign: Horst Mühlberger
Musik: Vivaldi, J.S. Bach, Händel, Purcell
Fotos: Frank Domahs
Video: Monika Pirch